College Draagvlak creeëren voor Hogeschool Arnhem Nijmegen, minor Communicatie 2.0

1. Draagvlak creëren voor je communicatieplan College Verandermanagement Communicatie 2.0

2. Even voorstellen

3. Even voorstellen

4. Drie weken geleden

5. Ons doel vandaag Je hebt meer gevoel bij ‘draagvlak creëren’ Je bent beter voorbereid op je praktijkopdracht Leuke middag!

6. Wat gaan we doen Aan de slag met draagvlak en weerstand Korte uitleg draagvlakmodellen Vertalen naar jouw eigen ervaring met ‘draagvlak krijgen’ of ‘anderen in beweging krijgen’

7. Hoe gaan we werken Met alle zintuigen: Zien Luisteren Voelen (ervaren) Halverwege een korte pauze Eigen verantwoordelijkheid voor leerdoel

8. Startoefening

9. Wat is draagvlak?

10. Wat is draagvlak? Voldoende steun voor een verandering die jij wilt doorvoeren Ondersteuning voor standpunten, beleid, belangen of ideologie te bereiken door een beroep te doen op het eigen (deel)belang van degenen wier steun men nodig heeft en in het bijzonder om mogelijke conflicterende meningen of belangen geheel of gedeeltelijk met elkaar te verbinden, waardoor de steun voor het geheel versterkt wordt.

11. Waarom is draagvlak belangrijk?

12. Waarom is draagvak belangrijk? Om een benodigde verandering te laten slagen: Op tijd Efficiënt Effectief Succesvol Plezier

13. Wanneer heb je draagvlak nodig?

14. Wanneer heb je draagvlak nodig? Bij ‘grote’ veranderingen organisatorische veranderingen nieuwe strategie of koers een andere aanpak (beleid) een nieuw computersysteem Bij grote gevolgen of veel risico Als er weerstandis bij belangrijke betrokkenen

15. Wat is weerstand?

16. Wat is weerstand?

17. Wat is weerstand? Een emotionele en natuurlijke reactie, vaak onbewust, tegen een ongewenste verandering. Veroorzaker is Belang (redenen, noodzaak) niet duidelijk Verandering lijkt niet aan te sluite bij eigen belangen Geen …

18. Geen zelfvertrouwen…

19. Hoe herken jeweerstand? Discussie aangaan Onderbreken Ontkennen Negeren/ zijsporen Pessimisme Sabotage

20. Waaraan herken je de weerstand oproeper? Hij argumenteert veel en probeert krachtig te overtuigen Hij neemt de expertrol in: hij weet het véél beter! Hij bekritiseert en veroordeelt, legt zijn eigen normen op Plakt etiketjes op van alles Wil snel gaan en duwt veel Arrogant: “ik weet wat goed voor jou is”

21. Hoe krijg je iemand zover dat ie doet wat jij wilt?

22. Motivatie Ieder mens is gemotiveerd! De vraag is alleen: waartoe? “Mensen willen wel veranderen, maar niet veranderd worden.”

23. Basishouding mensen tegenover veranderingen “Waarover gaat dit?“ “Waarom moet dat? “Maar wat bedoelen ze daarmee?” “Ik snap het, maar waarom zou ik daar aan meedoen?” “Leuk, maar hoe doe ik dat dan?“ “Ik weet niet of ik dat wel kan (leren)” “Ik weet niet of ik dat wel durf”

24. Hoe krijg je iemand zover? Omgaan met weerstand Benoemen. ‘Ik voel je weerstand” Erkennen. “ik begrijp dat je weerstand voelt” Bevragen. “wat zijn je bezwaren?” Meebewegen “wat vind je belangrijk? Waar zit volgens jou de urgentie?” Vermijden. “Ik wil dit graag parkeren en er later op terug komen, OK?” Profiteren. “Waarom vind jij dit geen goede verandering? Hoe vind jij dat we ons doel moeten bereiken?” Weerstand vergroten tegen huidige situatie “als je niet meegaat dan loopt het slecht met je af” Draagvlak creëren. Van de ander een bondgenoot maken

25. Maar hoe krijg je draagvlak?

27. Modellen voor meer draagvlak Draagvlak tips Van – Naar model: doelgericht werken Model logische niveaus: juiste interventie Draagvlak model: stappenplan

28. Jack de Vries mag niet lobbyen bij ministerie van Defensie Jack de Vries mag niet lobbyen bij ministerie van Defensie Draagvlak tips

29. Draagvlak tips Betrek mensen bij je plan Hou rekening met belangen en motivatie van betrokkenen Maak partijen medeverantwoordelijk Tast af hoe betrokkenen tegen iets aankijken & lobby Vraag om mee te denken bij het verzinnen van een oplossing Geef voldoende & tijdig informatie Hou inspraakronden Maak plannen vroeg bekend and more…

30. Van – Naar model: Doelgericht werken

32. Wat gebeurt er precies?

33. Wat doe je dan?

34. Hoe vaak / wanneer?

35. Hoe groot is de ‘pijn’?

36. Wat als er niets verandert?

37. Wat wil je bereiken?

38. Hoe wil je zijn in die situatie?

39. Positief geformuleerd

40. Binnen eigen controle

41. Specifiek

42. Waaraan merk je dat je dit hebt bereikt? 3. Wat houdt je nog tegen? 4. Wat heb je dus nodig? 5. Wat ga je wanneer hoe doen?

43. Oefenen In tweetallen Bedenk een eigenschap van jezelf waar je af en toe last van hebt in situaties Beantwoord de vragen in 1), 2) en 3)

44. Niveaus van veranderingVoor de juiste interventie als het niet werkt

46. “Dit gedrag wordt niet alleen beïnvloed door die omgeving, maar ook door innerlijke factoren.”

47. “Wat je kunt, hoe je over iets denkt, wie je bent, en de ‘opdracht’ waarmee je op aarde rondwandelt, bepalen in hoge mate wat je doet.”

49. Wat is er zichtbaar?

50. Omgeving Wat neem ik waar? Waarop reageer ik? Waar doe ik iets? Met wie? In welke markt? Welke klanten? Welke partners? Met wie communiceren wij? Met wie zijn wij in dialoog?

51. Gedrag Wat doe ik? Welke producten en diensten leveren wij? Wat is onze communicatie strategie?

52. Onzichtbaar

53. Competenties Wat kun jij goed? Hoe doe je dat? Welke online marketing & communicatie expertise hebben wij in huis?

54. Overtuigingen Wat vind ik belangrijk? Wat geloof ik? Waar ga ik van uit? Bedrijfsnormen en waarden Bedrijfscultuur “zo doen wij dat hier”

55. Identiteit Wie ben ik? Hoe kijk ik naar mezelf? Wie zijn wij? Wat is onze missie? Branding Online identiteit

56. Bezieling Wat bezielt mij? Wat is mijn levensdoel? Wat is onze maatschappelijke betekenis?

57. Wisselwerking Hoog Hoog Impact In spanning Laag Laag

58. Wat je hiermee kunt Inzicht in gedrag Juiste interventie doen Impact begrijpen

59. Korte oefening In tweetallen Onderwerp: “Jij als communicatie 2.0 adviseur in de komende praktijkopdracht” Wissel uit: voorbeelden van elk logisch niveau bij jezelf Begin bij Omgeving!

60. Geef elkaar een voorbeeld

61. Koppeling met Van – Naar model Visie ambitie 1. Hoe is het nu? 2. Hoe wil je het hebben? 3. Wat houdt je nog tegen? 4. Wat heb je dus nodig? 5. Wat ga je wanneer hoe doen?

62. Het stappenplan van Jan

64. Van onbewust naar bewust Respectvol confronteren Onweerlegbare feiten geven Denken oprekken: hoe prikkel je mensen? “In 0.13% van de behandelingen in ziekenhuizen wordt een vermijdbare fout gemaakt” Wat je ook kunt zeggen: “Hoeveel hockey elftallen aan patiënten sterven wekelijks onnodig?” Leidt tot: meer bereidheid

65. Oefening Je opdrachtgever is een gepassioneerd motorrijder Je wilt hem bewust maken dat in zijn bedrijf elke maand €20.000 wordt verspild. De winst over vorig jaar bedroeg €200 miljoen. Tot nu toe lijkt hij niet geinteresseerd. Hoe prikkel je hem ?

66. Van bewust naar begrip Inzicht & achtergrond bieden Maak anderen deelgenoot van je denken Welke visie zit hierachter? Beantwoord de “Waarom?”vraag Leidt tot: open staan Pas als mensen het begrijpen naar de volgende stap

67. Van begrip naar geloof Kom erachter welke motieven mensen hebben. Wat drijft ze? Wat vinden ze belangrijk? Welke behoeften hebben ze? Sluit hier op aan. Leidt tot: acceptatie

68. Behoeften

69. Van geloof naar commitment Geef inspiratie in het “HOE doe ik dat?” Wat weerhoudt mensen nog om het te doen? Angst? Niet weten hoe? Discipline? Gebruik logische niveaus Leidt tot: wil / drive

71. Afronding Doel: meer gevoel bij ‘draagvlak creëren’ ? beter voorbereid op je praktijkopdracht ? Leuke middag ? Wat heb je met name geleerd? Opdracht: blog in max. 100 woorden over “wat ik nooit meer zal vergeten over draagvlak creëren.”